01 Brussel – Toulouse – Carcassonne
We verzamelen op de luchthaven van Zaventem (Brussels International Airport) voor de rechtstreekse vlucht naar Toulouse. Eenmaal op Franse bodem rijden we met onze plaatselijke autocar naar het centrum van de ‘Roze Stad’. De hoofdstad van Occitanië heeft de toerist heel wat te bieden: de basiliek van Saint-Sernin, één van de grootste Romaanse gebouwen in West-Europa en het Hôtel-Dieu Saint-Jacques prijken op de UNESCO Werelderfgoedlijst, maar er zijn nog veel meer pareltjes te ontdekken: het Jacobijnenklooster is een parel van de zuidelijke gotische kunst, het Capitool (met o.a. het stadhuis en het operahuis) is een icoon van de stad, terwijl de Port de la Dorade een levendige buurt is aan de zonovergoten bakstenen kades aan de Garonne. Onze reisleider neemt ons mee op een uitgebreide sightseeing tour van de stad en een wandeling in de historische binnenstad.
Daarna rijden we naar Carcassonne voor het avondmaal en het logies.
02 Castres – Sidobre
Castres, afgeleid van het Latijnse woord ‘castra’, is ontstaan rondom een Benedictijnerabdij die in 647 op de plaats van een oud Romeins fort werd gebouwd. De Abbaye de Saint- Benoît groeide snel uit tot een belangrijke halte op één van de pelgrimsroutes naar Santiago de Compostela en werden de abdij en de stad welvarend. De pest maakte in de 14de eeuw een einde aan die welvaart, maar vanaf de 16de eeuw groeide de stad uit tot een bolwerk van het protestantisme in Zuid-Frankrijk. Het voormalige bisschoppelijke paleis, een ontwerp van Jules Hardouin-Mansart, de architect van zonnekoning Lodewijk XIV, doet op vandaag dienst als stadhuis en het Goya Museum. De tuinen van het paleis werden ontworpen door André Le Nôtre. De geboortestad van Jean Jaurès telt ook enkele stadspaleizen uit de Renaissance op haar erfgoedlijst. Na de middag trekken we de natuur in: het bijzondere natuurgebied Le Sidobre wordt gekenmerkt door opvallende rotsformaties. Het is dan ook het grootste granietplateau van Europa. In het bezoekerscentrum wordt de industriële kant van de granietgroeven belicht. Onze reisleider neemt ons mee op stap langsheen enkele merkwaardige rotsformaties zoals de Chaos van La Resse, de Roc de l’Oie en de Trois Fromages. Op de terugweg naar Carcasonne houden we nog even halt in het Museum van Catherisme in Mazamet. Hier krijgen we een mooie inleiding op het verhaal van de Katharen.
03 Carcassonne
De stad Carcassonne – als een kroon op een heuvel temidden van de wijngaarden gelegen – wordt met haar 52 toren en haar 3 km lange dubbele stadsommuring als het archetype van de middeleeuwse stad gezien. De oude stad werd dan ook in 1997 integraal opgenomen op de UNESCO Werelderfgoedlijst. En toch is er weinig middeleeuws aan de stad: architect Eugène Viollet-le-Duc herbouwde de stad in de 19de eeuw. Voor de middag toont onze reisleider ons de belangrijkste en meest opmerkelijke plaatsjes in de Cité en de zogenaamde Dwingel. Na de lunch brengen we een bezoek aan de grafelijke burcht, waar tijdens de Albigenzische Kruistochten de Katharen hun toevlucht zochten. Ook de basiliek van Saint-Nazaire mag niet op ons programma ontbreken. We voorzien ook ruimschoots de tijd om op eigen houtje op ontdekking te gaan of te genieten van één van de vele terrasjes in de stad.
04 Foix – Montségur – Mirepoix
Voor we ons vandaag opnieuw in het verhaal van de Katharen verdiepen, gaan we echt ondergronds. We brengen een bezoek aan de ondergrondse rivier van Labouiche. Gepassioneerde gidsen trekken ons met eigen spierkracht voort in een boot en vertellen tal van anekdotes terwijl ze de formaties van alle afzettingen in de grot wetenschappelijk uitleggen. In Foix, een typisch middeleeuwse stad in het hart van Ariège aan de voet van de Pyreneeën, ontdekken we het kasteel dat nog steeds boven de stad uittorent. Van boven op de 3 torens krijg je een schitterend zicht op de omgeving. De graven van Foix waren altijd zeer nauw betrokken bij de verdediging van de zaak van de Katharen en dus kreeg het kasteel heel wat aanvallen te verwerken. Op vandaag herbergt het kasteel het departementaal museum van de Ariège. Ideaal om het verhaal van de Katharen opnieuw op te pikken. Na de middag staat een ander hoogtepunt van deze reis gepland: het kasteel van Montségur. De burchtruïne ligt op een hoogte van 1207 m en is de getuige van een tumultueus verleden. 225 Katharen, die zich na een 10 maanden lange belegering weigerden over te geven, werden er op de brandstapel gezet. Na een klim van een 30-tal minuutjes word je beloond met een spectaculair uitzicht in het laatste toevluchtsoord van de Katharen. We eindigen onze dag in het pittoreske Mirepoix. Het stadje werd na een overstroming in 1289 heropgebouwd als een typische bastide en heeft nog steeds de typisch middeleeuwse vakwerkhuizen. Het hele stadje ademt gezelligheid, met talrijke cafés en winkels in historische galerijen.
05 Rennes-le-Château – Puilaurens – Kloof van Galamus - Peyrepertuse
Het mysterieuze Rennes-le-Château was – en is nog steeds – het begin van een bijzondere reis voor veel nieuwsgierigen. De legende wil dat een plaatselijke priester in de 19de eeuw een schat vond met o.a. enkele ketterse documenten. We ontdekken de historische achtergrond van het verhaal (van de legende van de Heilige Graal) dat voor heel wat speculatie en interesse van wereldwijde auteurs en filmmakers zorgde. Wij bekijken alvast enkele opmerkelijke zaken in de plaatselijke kerk. Daarna verder naar de burchtruïne van kasteel Puilaurens. De burcht op de Mont Ardu werd voor het eerst in een document uit 958 vermeld, maar de huidige ruïne vindt wellicht haar oorsprong in de 11de eeuw. Ook deze burcht was een toevluchtsoord voor de Katharen.
Vanaf 1241 hielden Pierre Paraire, de Katharendiaken van Fenouillèdes, en enkele priesters en priesteressen er zich op. Tegen 1250 werd de burcht door de koninklijke troepen veroverd. Na de lunch rijden we naar de spectaculaire Gorges de Galamus, een kloof die door de rivier Agly in de kalkrotsen werd uitgesleten. Al in de 7de eeuw werd het gebied een toevluchtsoord voor kluizenaars, die in de vele grotten gingen leven. Ook de fotogenieke Ermitage Saint-Antoine de Galamus is op die manier ontstaan. Met de autocar kunnen we niet de gehele kloof doorrijden, maar we raken zeker en vast wel tot aan de hermitage. Het Sator-vierkant in de rotskapel moet je alvast gezien hebben. We sluiten de dag af met een bezoek aan Peyrepertuse. Ook deze burcht is majestueus gelegen op de steile toppen van de Corbières. De imposante muren zijn een eeuwenoude getuige van een verleden vol emoties en mysteries. Vanuit het dorp wandelen we anderhalve kilometer naar de top van de berg, maar de beloning is fenomenaal.
06 Lagrasse – Termes – Villerouge-Termenès – Narbonne
Onze eerste halte vandaag wordt het kleine en romantische dorp Lagrasse in het hart van het Corbières. De pittoreske oude brug, de middeleeuwse huizen en stadswallen, de 14de- eeuwse overdekte markt en de restanten van de 8ste-eeuwse Abbaey de Sainte-Marie transporteren je meteen naar de tijd van de Katharen. Vervolgens verder naar de burchtruïne van Termes. De Kathaarse Ramon de Termes verdedigde 4 maanden lang het kasteel tijdens het beleg door Simon de Montfort. Na de verovering werd het kasteel een koninklijke garnizoensburcht aan de grens met Aragón.
Voor de lunch trekken we naar Villeroute-Termenès, de plek waar Guilhem Bélibaste op de brandstapel stierf. Deze gebeurtenis wordt algemeen beschouwd als het eind van de Albigenzische kruistochten. We bezoeken er ook het prachtige 13de-eeuws kasteel, dat tot aan de Franse Revolutie eigendom was van de aartsbisschoppen van Narbonne.
Tot slot brengen we een bezoek aan Narbonne, dat niet alleen een schitterend middeleeuws erfgoed heeft, maar ook kan uitpakken met tal van Romeinse overblijfselen, de mooiste overdekte markthallen van Zuid-Frankrijk en het geboortehuis van zanger Charles Trénet. Onze reisleider neemt ons mee op stap langs tal van bezienswaardigheden, maar we voorzien ook voldoende tijd om te genieten op een terrasje in de historische binnenstad.
07 Albi – Cordes-sur-Ciel
Bisschopsstad Albi, prachtig gelegen aan de oevers van de Tarn, wordt met recht en rede de rode stad genoemd: de prachtige gebouwen werden er grotendeels in baksteen opgetrokken. Het hele stadscentrum werd opgenomen op de UNESCO Werelderfgoedlijst. De kathedraal Sainte-Cécile moest de herinnering aan de Katharen uitwissen en is dan ook een monumentaal gebouw: de grootste bakstenen kathedraal ter wereld, maar ook de grootste beschilderde kathedraal in Europa. Het is een meesterwerk van de meridoniale gotiek, maar omvat ook renaissance-elementen. De bouw van de kathedraal nam dan ook bijna 200 jaar in beslag. Verder vinden we in Albi ook één van de oudste bruggen in Frankrijk – de 151 m lange Pont-Vieux – het indrukwekkende bisschoppelijk paleis “de la Barbie”, dat op vandaag ook het Musée Toulouse-Lautrec huisvest en de 11de-eeuwse kapittelkerk van Saint-Salvi, één van de mooiste en grootste voorbeelden van de romaanse kunst. Onze reisleider neemt je mee op een historische ontdekkingstocht met ruime aandacht voor architectuur en Albigenzische geschiedenis. Na de middag rijden we nog even verder noordwaarts voor een bezoek aan het middeleeuwse bergdorpje Cordes-sur- Ciel. Het dorpje – letterlijk “dicht bij de hemel” – werd gebouwd als verdediging tijdens de Kathaarse opstand. Dit keer hoeven we niet naar boven te wandelen, maar nemen we het toeristentreintje naar het centrum.
08 Toulouse – Brussel
Na het ontbijt laden we onze bagage in de autocar en vatten we de terugreis naar België aan. Vanuit Carcassonne rijden we terug naar Toulouse om er in te checken voor onze rechtstreekse vlucht van Toulouse naar Brussel.
❮❯